SV | En Ik zal [u] overvoeren met uw vijanden, in een land, [dat] gij niet kent; want een vuur is aangestoken in Mijn toorn, het zal over u branden. |
WLC | וְהַֽעֲבַרְתִּי֙ אֶת־אֹ֣יְבֶ֔יךָ בְּאֶ֖רֶץ לֹ֣א יָדָ֑עְתָּ כִּֽי־אֵ֛שׁ קָדְחָ֥ה בְאַפִּ֖י עֲלֵיכֶ֥ם תּוּקָֽד׃ ס |
Trans. | wəha‘ăḇarətî ’eṯ-’ōyəḇeyḵā bə’ereṣ lō’ yāḏā‘ətā kî-’ēš qāḏəḥâ ḇə’apî ‘ălêḵem tûqāḏ: |
En Ik zal [u] overvoeren met uw vijanden, in een land, [dat] gij niet kent; want een vuur is aangestoken in Mijn toorn, het zal over u branden.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Ik zal [u] overvoeren met uw vijanden, in een land, [dat] gij niet kent; want een vuur is aangestoken in Mijn toorn, het zal over u branden.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!